Patrick-Danielle.reismee.nl

Flores, hoe starten we hier.....

Vanuit het drukke Bali (hierover volgt wellicht later nog wat, wellicht ook niet) zijn we nu op het eiland Flores (Maumere) geland. Flores behoort tot de Nusa Tenggara, een groep eilanden ten oosten van Bali. We hebben werkelijk geen idee wat we hier moeten verwachten. Op het vliegveld worden we gelijk aangesproken of we vervoer willen, maar de chauffeurs zijn hier veel minder opdringerig dan in Bali. Later blijkt dat de meeste inwoners van Flores eigenlijk vaak zelfs verlegen zijn en moeite hebben om ons aan te spreken, ook al is het voor een gewoon praatje. We twijfelen erg of we een chauffeur voor de komende dagen willen regelen of dat we per dag willen bekijken wat we willen doen. Besluiten kun je niet met een lege maag, dus eerst een hapje eten. Na de lunch besluit Patrick nog een rondje chauffeurs te doen om wat wijzer te worden en even later schuift bij mij een chauffeur aan om zijn diensten aan te bieden. Hij is erg aardig en laat een leuke tour zien, maar ik leg uit dat we het hier en daar anders willen. Dat kan natuurlijk allemaal en zijn prijs is niet buitensporig, maar.... al pratend blijkt dat hij toch wel erg gehecht is aan zijn standaard rondje en mijn suggesties/vragen niet echt aankomen. Hij snapt niet goed wat wij willen, ondanks dat hij het steeds bevestigt. We besluiten om ons door hem naar Moni te laten brengen en bekijken het dan verder wel. Onderweg komen we tot de conclusie dat we het juiste hebben gedaan, want hij blijkt een waardeloze chauffeur te zijn. We vinden snel een simpel slaapplekje en gaan een hapje eten. Hier schuiven we aan bij een Frans stel en een Australisch/Oostenrijks stel, die we op het vliegveld ook hebben gezien. Ook zij twijfelen of ze de chauffeur voor meerdere dagen moeten vastleggen. De discussie loopt ongeveer gelijk. Alles is mogelijk, maar alle afwijkende opties zijn: 'impossible, not logical' of 'my suggestiion is a better option' en het moet in vijf dagen. Ook zij besluiten de chauffeur niet te nemen.

De slaapplek bestaat uit een simpele kamer bij een vrolijk en gastvrij gezien. De hele familie van oud tot jong loopt er rond en samen met hen een hele beestenbende: honden, poezen, varkens, kippen en deze wordt de volgende dag uitgebreid met een aapje. Verder geven ze informatie over de wandelmogelijkheden, de bus en alle andere zaken die we willen weten. Heel anders dan op Bali, waar men niets wil vertellen, zodat je gebruik moet maken van hun diensten. De eigenaar regelt voor ons twee scooterboys om ons 's morgensvroeg (4:30 uur à Patrick:'oooo, mijn vakantie gevoel is een beetje kwijt. Daniëlle: 'Niet zeiken, jij was bijgeslapen, na mijn ziekbed, dus hup uit bed') naar het NP Kelimutu te brengen. Ik heb het niet zo op scootertaxi's. Ze zijn heel gebruikelijk hier, maar ik ben niet zo'n held op twee wielen, zeker niet achterop (ben in Griekenland al eens onderuit gegaan, maar toen reed ik zelf, wellicht was dat het probleem). Gelukkig heb ik een voorzichtige chauffeur, maar het blijkt een spannende tocht. Eenmaal boven is het nog een klein stukje klimmen, vrij simpel maar mijn lichaam schreeuwt: 'wat is dit, twee dagen uren op bed doorgebracht en wat rondgesukkeld en nu ineens klimmen midden in de nacht'. Ik voel me wel beter, maar mijn lijf is duidelijk nog niet helemaal in oude conditie. Boven komen we de twee koppels weer tegen en nog een ander stel.

Het NP Kelimutu draait om drie kratermeren met elk een eigen kleur: turkoois, donderbruin en zwart. Als we boven zijn, komt de zon op en trekt de mist volledig weg. Het is een schitterend landschap. Even later komt de mist weer even snel terug en besluiten we naar beneden te gaan. We wandelen het hele eind terug en we genieten van de rust van Flores. Helaas is het zicht niet goed, veel mist en we hoopten tussen de rijstvelden te wandelen, maar dat is niet het geval. We nemen een binnendoorweggetje. Dit loopt dwars door een heel klein dorpje en het pad is lastig te volgen, maar de bewoners zijn erg vriendelijk en wijzen ons steeds de weg. Ze spreken hooguit twee woorden Engels, maar we komen er uit en mijn 'Terima Kasih' doet sowieso wonderen. In het dorpje zien we iets opmerkelijks wat we onderweg ook al een keer gezien hebben, maar nog niet helemaal thuis konden brengen. Mensen begraven hun familieleden op het erf voor de deur met een opvallend betegeld graf, soms versierd met bloemetjes. Omdat ze hier voornamelijk Katholiek zijn, staat er vaak een heilige of een kruisje op afgebeeld. Tussen de varkens, kippen en geiten door wandelen we naar beneden, langs een grote waterval, over bamboebruggetjes. Het paadje is vaak onnoemelijk steil en we dalen dan ook snel. Hierdoor zijn we mooi op tijd terug voor het ontbijt.

We nemen daarna de bemos naar Ende. In Bali raken de bemos uit de gratie, omdat eigen vervoer (scooter) enorm is toegenomen, maar hier rijden ze nog volop. Ze doen goede zaken, want de chauffeurs pimpen hun busje helemaal op met mooie kleuren, spoilers, (knipperende) lichtjes, extra spatlappen, stickers, zonneschermen, noem het maar op. Oja.... En een geluidsinstallatie. De bemos is hier net een rijdende disco (euh.... volgens mij zoiets als de discotaxi, die Ilse altijd wil bellen). Ook onze bemos heeft de volumeknop flink open. De weg van Moni naar Ende is werkelijk schitterend, diepe kloven, ravijnen, riviertjes, rijstterrassen, dorpjes. Helaas kun je de bemos niet vragen voor een fotostop, maar het is wel twee uur genieten.

Ondertussen bedenken we wat we willen met de komende dagen, want de busverbinding naar Riung gaat maar één keer per dag en soms ineens ook niet en we moeten er ook weer weg geraken en daar een auto regelen, zal heel lastig worden. Dus besluiten voor de komende vier dagen een auto met chauffeur te regelen. Terwijl de bemos zijn passagiers allemaal voor hun huisje afzet (zien wij gelijk heel Ende), krijgt Patrick er een hard hoofd in dat wij in Ende een chauffeur geregeld gaan krijgen. Ongegrond, die angst, want nog voordat we onze rugzakken hebben uitgepakt, heeft iemand al gevraagd of we transport nodig hebben, want hij heeft scooter. Tja, naar Riung (minimaal drie uur) met de scooter, lijkt ons niet optimaal. Oooo, maar hij weet wel iemand en binnen no-time staat er een chauffeur. Echter, hij spreekt geen woord Engels en vraagt wel veel geld. Wij leggen uit dat we voor dat geld op zijn minst een chauffeur willen die een beetje Engels kan en besluiten na het even opfrissen het stadje in te lopen om te kijken hoe we dat kunnen gaan regelen. Nog voordat we de deur weer dichttrekken, staat Ivan voor ons, die vloeiend Engels spreekt en ons voor een schappelijke prijs vier dagen wil vervoeren. We spreken even door wat we willen en komen tot overeenstemming. Hij laat z'n gloednieuwe auto nog even zien en we spreken af voor morgen. Zo gaat dat op Flores.

We wandelen wat door Ende en worden door iedereen aangesproken. Het lijkt wel of we de enige toeristen zijn in de stad: iedereen lacht of zwaait verlegen naar ons, roept het onvermijdelijke 'hello-howareyou-whereyoucomefrom-whereareyougoing'- riedeltje. Tot slot merken we dat Flores ‘Kentang Goreng' op de menukaarten heeft staan, een heerlijk gerecht dat wij gewoonweg frietjes zouden noemen.

Kortom, we voelen ons erg welkom op Flores.

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!